De les van mijn sportuurtje
Terwijl ik geniet van een zelfgemaakte smoothie, kom ik bij van mijn sportmoment deze morgen. Mijn conditie kan beter, dus vandaag geen apparaten voor de triceps of de buikspieren. Nee, vandaag stond de fiets en de crosstrainer op het menu.
Terwijl ik de kilometers wegfiets en calorieën verbrand, kijk ik naar de mensen om me heen. Op de muur van de sportschool prijkt groots “fitness voor iedereen” en dat zie ik terug. Een groot percentage bestaat uit twintigers en dertigers en het valt me op dat ze geconcentreerd hun ding doen. De twee veertigers naast me zijn al minder gefocust, want naast het trainen worden frustraties uit hun leven volop besproken. De vijftigers voor me zijn drukker met kletsen, de bewegingen gaan zeer traag. Daarentegen zweet de zestiger behoorlijk van het fietsen en is ook de zeventiger intensief aan het trainen.
Dat ik dit allemaal signaleer, duidt erop dat mijn focus niet helemaal bij het trainen ligt. Ben ik de enige in mijn leeftijdscategorie die naast het sporten ook nog op andere dingen let? Maar dan zie ik dat de jonge spierbundel bij de gewichten rondspeurt of iemand zijn prestaties opmerkt en tegenover me wordt veelvuldig naar de televisieschermen gekeken om getoonde programma’s te volgen. Concentratie op één ding vinden velen blijkbaar lastig.
Tijdens het sporten dacht ik aan de wedloop waarover Paulus schrijft in Hebreeën 12. Hij roept op om met volharding te lopen en het oog gericht te houden op Jezus. Focussen op het doel waar je naartoe gaat, je niet af laten leiden door dingen die het lopen in de weg zitten of je wegleiden van het doel. Een mooie les waarvan het goed is die steeds weer helder voor ogen te hebben en je leven hieraan te toetsen.
In de sportschool zag ik dat het nog niet zo makkelijk is om je helemaal te richten op één ding. Hoewel ik door bleef fietsen en lopen – een beweging die al snel in automatisme overgaat – was mijn aandacht gericht op mijn omgeving. Is dat per definitie fout, met Hebreeën 12 in mijn achterhoofd? Ik denk het niet. In de wedloop van geloof worden we omringd door een menigte van getuigen (zie hoofdstuk 11) die ons aanmoedigen om vol te houden en door te gaan. Zo ook in het dagelijks leven en bijvoorbeeld ook in de sportschool. Ik zag vanmorgen enthousiaste sporters met een goede conditie en zij motiveren me om door te gaan en vol te houden.
De les van mijn sportuurtje? Probeer je te focussen op dat waar je mee bezig bent, concentreer je op het doel wat je voor ogen hebt en laat je aanmoedigen door voorbeelden om je heen. Dit is voor sporten belangrijk, maar vooral voor de wedloop van het geloof! Waak voor automatisme en vanzelfsprekendheid – zoals mijn automatische bewegingen in de sportschool – en richt je steeds weer actief en bewust op Jezus, elk moment van de dag. Dat kan altijd en overal.. zelfs in de sportschool!
Ik vind het soms heel moeilijk om geconcentreerd te zijn 🙂 Jouw blogje is voor mij een goede aansporing. Dank je wel.